Wat kan het leven toch bizar zijn.
Zo denk je zekerheid te hebben, zo is het verdwenen.
In mei is het weer toch altijd aangenaam? Heb er nog weinig van gemerkt. Wel een flauw zonnetje, maar de temperaturen laten te wensen over. En dan nu ook nog regen. Wel goed voor de tuin, dat dan weer wel.
Dus ik besteed mijn tijd nuttig, boek lezen, wat rommelen op Hyves met een profielfoto en maar een blogje schrijven. En voor de rest maar wat bankhangen. Morgen een vrije dag, dan ga ik echt nuttige dingen doen. En oja, ik moet ook weer eens gaan sporten. Morgen?
Maar he, het leven is mooi. Ik weet het, ben nu alleen even op zoek naar die slingers.
zondag 30 mei 2010
maandag 24 mei 2010
Jaarmarkt
Ik weet zelf niet wat mij bezielt, maar net als vorig jaar ben ik in mijn eentje naar de jaarmarkt geweest. Eigenlijk vind ik er geen reet aan.
Mede vanwege het weer, maar anders ook wel, was het weer superdruk. En dan loop je tussen de mensenmassa achter mensen met kinderwagens, invalidewagentjes, bejaarden, schommelende fat asses, kleine kinderen en het schiet allemaal niet op want ze gaan niet aan de kant. Gelukkig zijn er af en toe ontsnappingsmogelijkheden naar weilanden die nu omgedoopt zijn tot marktterrein. Er staan kraampjes met allerlei prullaria, standwerkers, lots of hamburgertenten en verderop paardenverkopers. Wat ik dan wel weer leuk vind is om even stil te staan en al die mensen te bekijken.
De paarden(ver)kopers dragen klompen en een wandelstok, een soort van uniform dus. Wel handig voor de herkenbaarheid. En er lopen diverse schreeuwende en zingende beschonken figuren tussen die, traditiegetrouw, al vanaf een uur of 5 aan het indrinken zijn. Wat een lol. Af en toe wat consternatie, want er moet zonodig gerend worden met een paard, dus iedereen sprint een kant op om aan die paardenhoeven te ontsnappen.
Daarna mijn weg vervolgd via de hoofdroute en vast komen te zitten in een mensenkudde. Schuifelend gaat een ieder verder totdat we (ik ken de rest niet hoor) het groepje mensen die midden in de weg staan te kletsen (er is verder toch niemand waar je rekening mee moet houden) voorbij zijn en alles weer "normaal" doorloopt. Ik had mezelf voorgenomen me niet op te winden, maar waar doe ik het eigenlijk voor. Volgende jaar niet weer, dat weet ik nu wel zeker.
Toch nog iets gekocht: die gebraden kip die ik op de heenweg al rook.
Mede vanwege het weer, maar anders ook wel, was het weer superdruk. En dan loop je tussen de mensenmassa achter mensen met kinderwagens, invalidewagentjes, bejaarden, schommelende fat asses, kleine kinderen en het schiet allemaal niet op want ze gaan niet aan de kant. Gelukkig zijn er af en toe ontsnappingsmogelijkheden naar weilanden die nu omgedoopt zijn tot marktterrein. Er staan kraampjes met allerlei prullaria, standwerkers, lots of hamburgertenten en verderop paardenverkopers. Wat ik dan wel weer leuk vind is om even stil te staan en al die mensen te bekijken.
De paarden(ver)kopers dragen klompen en een wandelstok, een soort van uniform dus. Wel handig voor de herkenbaarheid. En er lopen diverse schreeuwende en zingende beschonken figuren tussen die, traditiegetrouw, al vanaf een uur of 5 aan het indrinken zijn. Wat een lol. Af en toe wat consternatie, want er moet zonodig gerend worden met een paard, dus iedereen sprint een kant op om aan die paardenhoeven te ontsnappen.
Daarna mijn weg vervolgd via de hoofdroute en vast komen te zitten in een mensenkudde. Schuifelend gaat een ieder verder totdat we (ik ken de rest niet hoor) het groepje mensen die midden in de weg staan te kletsen (er is verder toch niemand waar je rekening mee moet houden) voorbij zijn en alles weer "normaal" doorloopt. Ik had mezelf voorgenomen me niet op te winden, maar waar doe ik het eigenlijk voor. Volgende jaar niet weer, dat weet ik nu wel zeker.
Toch nog iets gekocht: die gebraden kip die ik op de heenweg al rook.
donderdag 20 mei 2010
vergeten
Vandaag heb ik rode bietjes gegeten. Leuk om te weten zul je denken. Maar waar het mij om gaat is dat het mij deed herinneren aan Turks Fruit waarbij Olga dacht dat ze kanker had omdat ze bloed in haar ontlasting meende te ontdekken. Maar dat kwam dus door de bietjes. Later bleek ze toch kanker te hebben.
Laatst hebben mijn ouders een brief ontvangen dat de ligtijd van de ouders van mijn vader, mijn grootouders dus, binnenkort voorbij is. Beide zijn kort na elkaar overleden aan kanker. Ze hebben de afgelopen ca. 60 jaar mogen genieten van wat uiteindelijk toch niet hun laatste rustplaats is.
Ik heb ze helaas nooit mogen ontmoeten, maar het bracht mij er wel toe hun graf een bezoekje te brengen toen ik toch in de buurt was tijdens mijn fietstochtje afgelopen zondag. En ik bedacht wat er eigenlijk overblijft als het graf geruimd is, want dat zal er wel van komen. Een herinnering bij mijn pa, die ook de jongste niet meer is. En dan? Een vage foto van wildvreemde mensen met toevallig dezelfde achternaam. Slechts nog terug te vinden in de gemeentelijke registers, that's it.
Dat deed mij weer denken aan een gesprekje wat ik eerder met moatientje voerde (gek-praatje.) Dit onderwerp komt wel vaker ter sprake in blogland, maar het hoort bij het leven. En het blijkt wel weer hoe vergankelijk alles is. Aangezien ik geen grootste daden heb verricht (buiten 2 kinderen verwekt) en geen notabele of ander belangrijk persoon ben zal ik ook wel in de vergetelheid verdwijnen. Ach, wie dan leeft wie dan zorgt.
Voorlopig staat ons eerst nog een feestje te wachten. Sterker nog, het leven is een groot feest (je moet alleen zelf de slingers ophangen).
Laatst hebben mijn ouders een brief ontvangen dat de ligtijd van de ouders van mijn vader, mijn grootouders dus, binnenkort voorbij is. Beide zijn kort na elkaar overleden aan kanker. Ze hebben de afgelopen ca. 60 jaar mogen genieten van wat uiteindelijk toch niet hun laatste rustplaats is.
Ik heb ze helaas nooit mogen ontmoeten, maar het bracht mij er wel toe hun graf een bezoekje te brengen toen ik toch in de buurt was tijdens mijn fietstochtje afgelopen zondag. En ik bedacht wat er eigenlijk overblijft als het graf geruimd is, want dat zal er wel van komen. Een herinnering bij mijn pa, die ook de jongste niet meer is. En dan? Een vage foto van wildvreemde mensen met toevallig dezelfde achternaam. Slechts nog terug te vinden in de gemeentelijke registers, that's it.
Dat deed mij weer denken aan een gesprekje wat ik eerder met moatientje voerde (gek-praatje.) Dit onderwerp komt wel vaker ter sprake in blogland, maar het hoort bij het leven. En het blijkt wel weer hoe vergankelijk alles is. Aangezien ik geen grootste daden heb verricht (buiten 2 kinderen verwekt) en geen notabele of ander belangrijk persoon ben zal ik ook wel in de vergetelheid verdwijnen. Ach, wie dan leeft wie dan zorgt.
Voorlopig staat ons eerst nog een feestje te wachten. Sterker nog, het leven is een groot feest (je moet alleen zelf de slingers ophangen).
Abonneren op:
Posts (Atom)